Orthognatische chirurgie

Historiek

Overzicht Historiek + setbacks

  • Hullihen 1849: segment osteotomie onderkaak ter behandeling progenie

  • Köle: sluiten anterieure open beet met segment osteotomie

  • Dingman: setback onderkaak

    • 2-fazig wegens infectie gevaar

    • extra-oraal

  • Ernst 1917: Setback onderkaak

    • 1-tijd

    • modellen maken en boorsjabloon maken

  • 1991: Merville in Frankrijk

    • nog altijd soort setback waarbij zenuw vrijgeprepareerd werd

  • Hilleström en Nyquist

    • zilvercaps op de tanden om zo osteotomiefragmenten te 'fixeren'

  • Converse-Shapiro

    • setback met stepje als M1 ontbreekt

    • zenuw prepareren

  • Toman

    • ingeval van afwezige molaren

    • tetrisblokje -> inlay ostectomie

  • Cohn-Stock

    • sagittale splijting anterieure onderkaak

  • Reichenbach

    • setback

    • draadligatuur als osteosynthese onder niveau nervus

    • IMF op spalken

  • Gunning

    • gunning splint bij edentate patiënten

    • met perimandibulaire en perizygomatishce draden gefixeerd

  • Becker:

    • percutane osteosynthese

  • Kostecka 1921

    • percutane naaldzaag doorvoeren

    • plinde procedure om met draad condylus-coronoid af te zaken

    • veel schade!

    • speekslklierfistels

  • Skaloud

    • horizontale osteotomie van opstijgende tak via intra-oraal

    • probleem -> condylusdragend fragment blijft niet stabiel

    • probleem van m. pterygoideus lateralis en mm. temporalis

    • modificatie volgens Wassmund 1935 -> condylus onder controle krijgen zodat er geen mediale dislocatie ontstaan

  • Trauner

    • waar wassmund een uitsteekseltje had, gaat trauner echt een omgekeerde L gaan maken + draadfixatie

  • Köle

    • boogvormige osteotomi van opstijgende tak via extra-oraal

  • Caldwell en Letterman

    • gaan verder in de ramus gaan werken

    • Verticale ramus osteotomie via EXtra-oraal

    • laag per laag

    • Van Zille heeft modificatie

  • De verticale ramus osteotomie

    • caldwell-letterman-van zille -> extra-oraal

    • Winstanley in 1968 en later Hall -> intra-oraal

      • cave: a maxillaris tegen sigmoid notch

      • cave ramus marginalis n. facialis

    • Bouloux: modificatie van de intra-oral vertical ramus osteotomy

      • bij internal derangment met intra-articular pain

      • pirmary purpose: increase joint space (condyl kan naar beneden)

      • nadelen

        • IMF elastisch tot 10d-6w

        • vaak malocclusie

        • niet bij anterior open bite of klasse II -> verergeren

  • Limberg:

    • L-vormige osteotomie van opstijgende tak

    • klassiek gedaan voor costochondrale greffe

  • Thoma

    • schuine subcondylaire osteotomie

  • Perthes-Schlöhsmann:

    • sagittale splijting met groter contact

  • Smith-Robinson

    • Subsigmoid notch ostectomy with sliding condylotomy

  • Schuchardt 1948

    • sliding condylotomy

  • OBWEGESER 1957

    • SSRO

    • de vader van de BSSO, allemaal initieel voor setback

    • nadien vele modificaties

      • Dal Pont: uitbreiding naar retromolair (intitieel had obwegeser maar tot begin ramus gedaan)

      • nadeel: controle osteotomielijn tov nervus

      • Epker-Dalpont: short split, achter foramen -> naar onderrand ramus

  • Problemen

    • in intiële technieken, NAI bijna altijd gemold

    • 14% had facialis uitval

    • vaak open beet na condylotomie

      • het was dan de schuld van de 'tong'

      • dan ging iedereen tongplastieken doen

  • ERNST

    • kaakhoekstosteotomie voor correctie van klasse III open beet

    • Obwegeser ging dan ook doen

      • buccale botplaat er af en dan 'veilig' kaakhoekostetomie

      • nadien buccaal fragment opnieuw fixeren

Overzicht voor mandibula osteotomies voor advancment

  • Nicolsky

    • ramusosteotomie

  • Von Eiselberg

    • trapvormige corpusosteotomie

  • Pehr Gadd

    • trapvormige osteotomie corpus mandibulae

  • Von Eiselberg - Dingman en Pichler - Kazanjan

    • trapvormige osteotomie

  • Converse

    • L-vormige osteotomie van anterieure segement

    • stepadvancement osteotomie -> nog frequent toegepast

  • Hofer

    • subapicale segmentosteotomie onderkaak

  • Kazanjian

    • schuine osteotomie van het corpus

  • Horizontale osteotomie van condylus en dan anterieur schuiven: vele namen

  • Wassmund 1917

    • indien onderkaak te fel naar voor -> gebruik botgreffe

    • vbn

      • inverte L met botinterponaat

      • thoma: schuine subcondylaire osteotomie met botinterponaat

        • nadeel -> thoma hiede coronoid aan tanddragend deel

        • temporalis trekt naar boven-achter -> recidief (beter invertd L

  • Immenkamp

    • boogvormige verticale osteotomie met botenkt

  • DALPONT

    • SSRO met upperborder wiring

    • nu SSRO met osteosynthesemateriaal

    • zenuw

      • cbct gaan kijkgen of hij linguaal of buccaal ligt. Je hebt hem graag linguaal en hoog!!!

      • bevel techniek cp

        • zo uw lower border split optimaliseren zodat je zeker een zuiver buccal segment hebt en een breed linguaal segment (met de tanden op

        • bevel maken at inferior border, mesiaal van vertical buccal cut

        • dan zo parallel met body (lower border) naar posterieur

  • Hoe advancement doen als je niet sagittal wil splijten (denk condylar resorption)

    • VRO

    • Inverted L (pichler and trauner

    • osteotomy met hocky stick en coronoidectomy

    • C-shaped by lister

    • osteotomy by hayward

    • soms nodig om foramen te verlagen

Verbreding onderkaak

  • Von Eiselberg

    • trapvormige osteotomie

  • Trauner

    • V-Y osteotomie

Kinplastiek

  • obwegeser

    • intra-oraal

  • Köle

    • kinostectomie

  • Converse

    • bottransplantaat

  • Genioplastiek

    • dan alle richtingen uit

  • soms wing chin osteotomie

Maxilla

  • Corticotomie volgens Bichlmayr (1932)

    • om zo rapid orthodontics te doen avant la lettre

  • Corticotomie volgens Kretz met handzaag

    • wee rapid ortho

  • Corticotomie volgens Köle

    • handzaag

  • Köle ging bottransplantaten leggen op maxilla

  • Köle

    • tweefazige osteotomie van maxilla

    • palatinale toegang om palatum primum van secundum los te maken

    • fase 2: vestibulaire toegang

    • septum niet vergeten te klieven

  • Segmentosteotomie

    • Wassmund

      • bij verticale deficiënti anterieur. Moest je wel 2 premolaren voor trekken.

      • langs vestibulair snede maken en osteotomie, PALATUM blijft gesteeld

    • Wunderer

      • anterieure segmentosteotomie langs palatinaal. Ook twee premolaren weg

      • volledig los maken mucosa palatinaal

      • Köle adaptatie -> maakt palatum niet volledig los

    • Schuchardt

      • anterieur

      • vooral posterieur belangrijk voor schisis

        • langs palatum gesteeld houden

  • totale osteotomie

    • wassmund 1935 : corticotomie en dan elastieken om BK naar beneden te trekken en open beet te sluiten

    • De osteotomielijnen volgens Le Fort

Normale gelaatsmorfologie en articulatie

  • Angle classificatie

    • pijlers van de occlusie: molaren, hoektanden en centrale snijtanden

    • molaren sleutelpositie

      • normaal M1 onder één knobbelbreedte voor de M1 boven

      • indien meer naar mesiaal -> prognathie onderkaak

      • indien meer naar distaal -> retrognathie onderkaak

      • probleem

        • kan soms afwijkend zijn zonder dat er een afwijking is in skeletale basis

        • bvb bij vroegtijdig verlies melkmolaren met mesialisatie van M1 terwijl skeletaal fundament normaal is.

        • bvb. klasse I occlusie maar wel dentofaciala afwijking bij long face syndroom

          • verticaal en transversaal ontsnappen in deze classificatie

    • oplossing om dit aan te pakken: 6d evalueren

      • verticaal, transversaal en sagittaal

      • Yaw, Roll & Pitch

  • Hoe normaalwaarden bepalen?

    • antropometrisch onderzoek op populatie

    • checken van gebit, occlusie, kaakrelatie en gelaatsmorfologie

    • vb

      • bolton

        • mesiodistale kroonafmetingen

        • zo TSD opzoeken

          • relatief kleine bovenlateralen

          • je moet prechirurgisch een diasteem laten distaal van 12-22

    • belangrijke verhouding

      • hoogte onderste 1/3 en middenste 1/3 moet ongeveer gelijk zijn

Orthodontische terminologie

  • orthodontische afwijkingen

    • zijn vaak complex

    • toch proberen in 6D te definiëren

    • soms wel artificieel

  • belangrijke termen waar grieks prefix de richting bepaald

    • cheilie

    • gnathie

    • genie

    • aleveolie/trusie

    • clusie: toestand van occlusie

    • versie: kipping tanden

    • gressie: tandverplaatsing parallel met tandas

    • rotatie: draaiing tand rond as

Historiek

  • veel ervaring uit kaakfracturen en weke delen kwetsuren

  • 1864: osteotomie corpus mandibula volgens Hullihen

  • moderne osteotomieën starten met Wassmund in 1930

  • dan vooral Duits-Oostenrijkse school: schuchardt, Köle, Trauner, Obwegeser na WOII

  • Bell beschreef wetenschappelijk vascularisatie van weke delen incisies en benige secties (primaatonderzoek)

  • P. Tessier -> craniofaciale osteotomieën

  • 1980: distractie

  • Verbeterde anesthesie -> veiliger

  • invloeden uit de plastische heelkunde = weke delen werden belangrijker

Indicaties

  • Chirurgische verplaatsingen van kaakbeenderen hebben invloed op

    • de tandstand en de occlusale verhoudingen

    • de relatieve positie van de tanden ten opzichte van de weke delen en de lippen

    • de spieren die aanhechten op de verplaatste beenstukken

    • de ruimte voor de tong

    • de positie en volume van begrenzende holtes: neusholte, sinussen, oropharynx

    • de vascularisatie van de kaakbeenderen

    • de innervatie van de kaakbeenderen

    • de weke delen van het gelaat

    • de structuren van het kaakgewricht

  • functies die gemodificeerd kunnen worden door OS

    • de occlusie

    • het kauwvermogen

    • het dragen van een gebitsprothese

    • de spraak

    • de ademhaling en het ademhalingspatroon

    • de lipsluiting

    • de functie van het kaakgewricht

    • de rustpositie van het hoofd op de cervicale wervelzuil

    • het emotioneel expressievermogen en de sociale contactfunctie van het gelaat

  • afwijkingen die gecorrigeerd kunnen worden met OS

    • craniofaciale syndromen

      • schisis

      • amelogenesis imprefecta

      • marfan, treacher collins, goldenhar, pierre robin, hemifaciale microscomie....

    • dysgnathieën (wanverhouding tussen kaakbeen)

      • verticale discrepaties: short face, long face, open beet, diepe beet

      • sagittale discrepanties: hyper/hypoplasie boven- en onderkaak

      • transversaal: vnl BK: schaarbeet, kruisbeet, hypoplasie

      • asymmetrie

    • preprothetisch probleem

    • posttraumatische correcties

    • OSAS

    • Kaakgewrichtsklachten

      • dysgnathie heeft vaak een ongunstige werking op TMJ

      • discus-caput relatie

    • genderproblematiek

    • pathologie in het MFM waarbij de osteotomietechniek een toegangsweg kan bieden

  • symptomen die we kunnen corrigeren

    • medici

      • OSAS-gerelateerde symptomen en snurken

      • mondademhaling en/of onmogelijkheid tot neusademhalen (Figuur 4)

      • spraakstoornissen ("s" klanken); nasale spraak, afwijkende klankvorming, stigmatus interdentalis of slissen

      • foetor ex ore (in syndromale situaties)

      • kakosmie (in syndromale situaties)

      • pro-optosis bulbi (in syndromale situaties)

      • telecanthus (in syndromale situaties)

      • verlies van mondvocht bij lipincompetentie (kwijlen)

      • protrusie van de tong

      • aangetast zelfvertrouwen

      • pesten op school omwille van het gelaatsuiterlijk en commentaren van omgeving ("dalton-brother", "konijnentanden", "paardenmuil")

    • Algemeen tandarts

      • hypertelorisme

      • zichtbare witte sclera

      • asymmetrie van het neusseptum

      • black corridor thv mondhoeken

      • dual plane maxilla

      • skewing van de tandenboog

      • kanteling van het occlusievlak

      • tooth-size discrepanties

      • sunday bite

      • boundary condition van het onderfront

      • mental strain, mentalis habit

      • buccal corridors

      • apertognathie

    • tandarts-specialist

      • INTRAORAAL

        • vergrote overjet (klasse II) , negatieve overjet (klasse III)

        • vergrote overbite (diepe beet, traumatische dekbeet)

        • open beet

        • kruisbeet

        • schaarbeet

        • wangbijten

        • dwangbeet

        • end-to-end frontcontact

        • linguoversie onderfront

        • vestibuloversie onderfront of bovenfront

        • asymmetrie van de dentale midlijn

        • verstreken kinplooi

        • pro-alveolie van boven- en onderkaak

        • egressie, exo- of infra-occlusie van tanden

        • tandankylose

        • premature contacten

        • attritie, abrasie, abfractie van tanden

        • loskomen van kroontjes door traumatische malocclusie

        • gingivitis van het bovenfront bij onvoldoende lipseal

        • wortelblootstelling bij dekbeten (palatinaal bovenfront, vestibulair onderfront)

      • EXTRAORAAL

        • humpneus

        • wipneus

        • afgevlakte wangkoon

        • stompe kaakhoek

        • omgekeerde liptrap

        • stompe kin-nek afstand

        • lipincompetentie

        • asymmetrie van de skeletale midlijn

        • atone bovenlip

        • disuseatrofie van de bovenlip

        • uitrollen van de onderlip tegen het bovenfront

        • curling out van de onderlip

        • afwezige lipseal

        • perlèche van de mondhoeken

        • cheilitis angularis

        • paranasale depressie

        • snurken

        • nasale spraak

        • afwijkende klankvorming

        • spraakstoornissen ("s" klanken)

        • stigmatus interdentalis of slissen

        • verlies van mondvocht bij lipincompetentie

        • pesten op school omwille van het gelaatsuiterlijk

        • zelfvertrouwen

        • dubbele kin

        • diepe kinplooi

        • verstreken kinplooi

        • stompe cervico-faciale overgang

        • vestibuloversie van tanden

        • vergrote free-way-space

        • traumatisch lipbijten

        • discusinterferentie: knap van het kaakgewricht, onregelmatige mondopening

        • buccal corridor

        • apertocheilie

        • glossoptosis (achterwaartse verplaatsing van de tong bij de Pierre-Robin sekwentie)

    • 4 grote motieven van patiënten voor kaakchirurgische oplossing

      • somatisch

        • kauwprobleem

        • AH stoornis

        • dysnathie

        • pijn

        • gestoorde occlusie

        • speekselverlies

      • psychisch

        • sociale problemen

        • bemoeilijken intermenselijke contacten

        • buiten normwaarden

      • preventief

        • correcte gebitsverhoudingen

        • voorkomt toekomstige schade

      • esthetisch

        • indien binnen normwaarden

        • willen 'upgrade'

Contra-indicaties

  • kaakgewrichtsklachten

    • is GEEN contra-indicatie

    • OS kan kaakgewrichtsklachten doen ontstaan, doen genezen of ongemoeid laten -> er is geen zekerheid

  • Condylaire resorptie risico

    • deze patiënten zijn wel contra-indicatie

    • wie zijn deze patiëntn,

  • beperkte mondopening

    • CI voor intra-orale toegang

  • zwak of gemutileerd gebit

    • heeft het dan wel zin?

    • kan evt preprothetisch

  • psychisch

    • Body dismorphic disorder

  • anti-resorptieve medicatie of chemo

    • geen goede kandidaten

  • hoge dosis corticosteröiden

  • osteopetrosis

  • Paget

  • Takayashu

  • Zwanger

  • Uvulapalatoplastiek voor OSAS

    • niet te ver naar voor met Le Fort 1 -> velopharyngeale insufficëntie

  • klasse III

    • geen te grote setback -> ° OSAS

Orthodontische of orthognatische bewegingen

  • richting van beweging

    • zelfde termen en beweging in orthodontie en chirurgie maar verschillende manieren

      • tandbeweging en groeimodificatie

      • tanddragend botgedeelte verplaatsen

        • dit heeft grotere beweginsomvang = envelope of discrepancy van Profit laat dit goed zien

  • chirurgie wordt nodig als orthodontie er niet in slaagt op een stabiele wijze een aanvaardbare occlusie en faciale harmonie te bereiken met een ongehinderde luchtweg (met tandverplaatsing en camouflagetechniek)

  • camouflagetechniek

    • vestibuloversie bij klasse 2

    • linguoversie bij klasse 3

    • extrusie bij open beet

    • extractietherapie premolaren

  • groeimodificatie

    • gaat zolang suturen open zijn en condyl kan groeien

    • begin menarche en groeispurt zijn hierbij belangrijke indicatoren

  • sommige zaken weten we dat OS betere optie is dan enkel ortho

    • prognathie onderkaak

    • open beet

    • kin

Grootte van de chirurgische beweging en keuze van osteotomie type

  • OK en BK

  • kin

  • keuze bepaald door tal van factoren

    • culturele verschillen

    • raciale verschillen

    • recidiefneiging beweging

    • littekens

    • medische factoren

    • luchtwegvolume

    • opleidingsniveau

    • chirurgisch team

    • orthodontische voorbereiding en expertise

    • wens patiënt

    • voorkeur chirurg

  • België: gelaat normaliseren naar de norm zonde te overdrijven

Hiërarchie van stabiliteit

  • stabiel

    • BSSO advancement

    • Le Fort 1 intrusie, advancement en rotatie

    • met botinterpositie is de Le Fort 1 anterieure extrusie ook stabiel

  • instabiel

    • Le Fort 1 posterieure extrusie

    • CCW OK

    • BSSO set-back

    • expansie bovenkaak in segmenten

      • daarom liefst vooraf SARPE HYRAX/TPD

  • instabiel -> recidief

    • zeker indien perop geen goede hoektandinterdigitatie werd bereikt

    • hangt erg af van orthovoorbereiding

Timing

  • hypoplasie maxilla en mandibula

    • vroegtijdg

    • vanaf 14j

    • van zodra melkelementen gewisseld zijn en M2 doorgebroken is

    • vaak start met VAP op 14j met aansluitend osteotomie

  • hyperplasie mandibula

    • wachten tot volledige groei (anders recidief)

    • beoordelen met opeenvolgende tele's, handradiografie, beoordeling halswervelzuil, scintigrafie

    • meestal 18j

  • onderkaakasymmetrie

    • gaat vaak door tot 21-23j

    • scintigrafie onontbeerlijk

    • condylaire hyperplasie vroeg behandelen met condylar shave

  • botankers voor groeistimulatie

    • 11j

  • ORPE

    • voor 14j

  • SARPE

    • vanaf 15j

Sequentie ortho-chirurgie

  • klassiek:

    • uitlijning OF eerst transversaal maxilla corrigeren

    • dan ingreep

    • dan compenseren

  • 10% kan surgery first doen

    • goede samenwerking met orthodontist nodig

    • nadien uitlijning en afwerking

    • indicaties

      • voorgaande ortho behandeling zonder faciaal optimaal resultaat

      • open beet

      • klasse III

Traject van Patiënt

  • onderzoek en opstellen van behandelingsplan, in gemeenschappelijk overleg tussen kaak­chi­rurg en orthodontist;

  • sanering van het gebit (conserverend en parodontologisch);

  • orthodontische voorbehandeling zo nodig

  • pre-operatieve planning:

    • anamnese

    • klinisch onderzoek: kliniek primeert op cefalometrie!

    • foto's van het gelaat, face, profiel, driekwart, in rust en bij lachen

    • foto's intraoraal

    • teleradiografie in profiel en 'en face'

    • panoramische radiografie

    • conebeamCT met detail van condyli, tracing van de zenuwen en meting van de luchtweg

    • digitale scan van de occlusie

    • meting van de bijtkracht van de occlusie

    • facebow-registratie voor bimaxillaire osteotomies

    • simulatie van de ingreep in 2D op tracingpapier en/of in 2D software-pakketten

    • simulatie van de ingreep in 3D software-pakketten

    • gipsmodellen

    • wasbeet in rust

    • modeloperatie op gipsmodellen

    • MRI zo nodig

    • Skeletscintigrafie zo nodig

    • CT van vertex tot hyoïd met fijne coupes zo nodig

    • Vervaardiging van definitieve en intermediate wafers (occlusieplaten)

    • Vervaardiging, zo nodig, van gegoten spalken

  • chirurgische correctie

  • postoperatieve follow-up

  • post-operatieve orthodontische behandeling of nàbehandeling

  • eventueel kroon- en brugwerk

Cefalometrie: 2D

  • onderzoek

    • Rôntgenbuis op 2m van hoofd patiënt = parallelle straleninval = geen vergroting

    • nadeel: enkel sagittale en verticale dimensie

    • eigenlijk ook AP nodig

    • voordeel

      • fronttanden goed tot recht. Inclinatie van deze is superbelangrijk voor esthetiek

      • transversaal is secundair aan verticaal en sagittaal

      • biedt referentiepunten

  • analyse

    • hoekwaarden en lengtemetingen

    • doel: inzicht over relatie van tanden tot mandibulaire en maxillaire basis

    • doel vorm en positie van kaakbeenderen bestuderen onderling en tov schedelbasis

Klasse 2 afwijkingen

  • Inleiding

    • sagittaal een distooclusie: M1 OK ... knobbelbreedtes naar distaal

    • probleem:

      • deze benaming zegt niet of afwijking in BK of OK zit

  • Subdivisie 1

    • M1 OK minstens 1 knobbelbreedte naar distaal

    • asrichting bovenfront is juist OF naar voor gericht (proalveolie)

    • egressie onderfront tot contact met palatinale gingiva

    • onderlip tussen boven en onderincisief

    • gelaat

      • terugliggende kin

      • prominenten neus

      • vaak longface syndroom

        • maxilla hoog en smal (ogivaal gehemelte met slechte neusademhaling

        • mandibula retrognaat

        • verhoogde dimensies onderste en middenste 1/3

    • problemen:

      • monademhaling met ademhalingsgingivitis

      • vroegtijdig verlies bovenfront

  • Subdivisie 2

    • M1 OK minstens 1 knobbelbreedte naar distaal

    • asrichting bovenfront verticaal of linguaal

      • bijt op vestibulaire gingivale rand onderincicisef

    • egressie onderfront met traumatische palatumbeet

    • onderlip boven op bovenfront

    • gelaat

      • terugliggend kin

      • diepe labiomentale plooi

      • vaak shortface syndroom

        • maxilla: laag en breed

        • onderkaak: endognathe beet

        • verlaagde dimensies onderste en middenste 1/3

    • probleem

      • traumatische dekbeet

      • diepe beet -> kaakgewrichtsklachten

  • deze afwijkingen kunnen we al vanaf 14 behandelen na VAP

Klasse 3 afwijkingen

  • Inleiding

    • mandibula een ventrale positie tov maxilla

    • zien we vnl bij snijtanden en molaren

    • verschillende etiologieën, vaak genetisch

  • etiologie

    • gentica

    • macroglossie

    • hypoplasie BK -> pseudo-prognathie onderkaak

      • al vroege correctie mogelijk (14j)

      • klasse 3 tractie met botankers ook mogelijk

    • progene verhouding door dwanbeet

      • bij onvolledig dichtbijten neemt OK ongeveer ok positie aan tov BK maar snijtanden in ETE

      • om molaarcontact mogelijk te maken -> molaren OK glijden naar voor

    • hyperplasie OK

      • surgery first, early of late mogelijk op late leeftijd

  • behandeling

    • enkel ortho is zeer moeilijk

    • hier meeste indicaties voor chirurgie

Open beet

  • etiologie

    • kan verschillende afwijkingen aan de basis hebben

    • skeletaal vs dento-alveolair

      • dentaal

        • interpositie van de snijtanden

          • fopspenen, duimzuigen, infantiel slikken

          • NUK-fopspeel van Balgers kan oplossing bieden door andere positie tong + vroegtijdige therapie bij retrognatie OK

          • duimzuigen stoppen ten laatste op 5j

        • soms logopedie nodig

      • skeletaal

        • zeer frustrerend en ondankbaar

        • heelkunde dikwijls nodig

        • oorzaak en tonggedrag bepaalt stabiliteit

  • diagnose via tele

Dento-alveolaire dysharmonie

  • tandbreedte en kambreedte is onafhankelijk van elkaar = principe van Cauhépé

  • als tandbreedte groter is dan kambreedte = relatieve macrodontie

    • dan soms nood tot extracties

  • als tandbreedte kleiner dan kambreedte = relatieve microdontie

    • diastemen

    • het centraal diasteem

      • oorzaken

        • relatieve microdontie

        • lipfrenulum

        • mesiodens

        • congenitale afwezigheid laterale snijtanden

        • parodontitis

Streefwaarden

  • DOEL therapie: herstel normaalwaarden tand-, kaak- en gelaatsverhoudingen

    • volgens klinische norm

    • volgens cefalometrische norm

  • verschillende mogelijke analyses

    • Steiner

    • Burstone - Legan - Arnett

  • gelaatshoogte

    • anterior upper facial height (45% van anterior total facial height)

      • Nasion - Spina nasalis anterior

    • Anterior lower facial height (55% van anterior total facial height)

      • Spina nasalis anterior - gnathion

  • snijtanden tov basisvlak

    • bovensnijtand tov

      • ANS-PNS: 112 +- 6°

      • Frankfort: 109 +- 7°

      • SN: 103 +- 5°

    • ondersnijtand tov MP: 90 +-5°

    • interincisal 130+-7

  • middellijnen

    • BK tov philtrum

    • cave neusdeviatie!!

    • OK en BK liefst op 1 lijn

  • occlusaal vlak

    • parallel met bovenlip

  • incisal show

    • 2-4mm in rust

    • bij lachen max 2mm gingiva

  • ovejet en overbite: 2mm max

  • occlusie

    • klasse 1

    • hoektaninterdigitatie

    • molaarinterdititatie

  • UL tov LL

    • Arnett

      • ULL: 19-22mm

      • LLL: 38-44mm

      • UL/LL = 1/2,1

  • Kinhoogte bepalen door viertal maten

    • Stomion inferior - Me' = Subnasale - Nasion' (1/1) = verticaal

    • Arnett = verticaal

      • verticale weke delen lengte van kin gemeten tussen deze punten na projectie op true vertical line

      • Sto infe projecten en Me' projecteren op TVL

      • vrouwen 44,6-49,2mm

      • mannen 51,9-56,7mm

    • Burstone = verticaal

      • loodrechte uit incisale rand onderincisief op mandibular plane

      • vrouwen 40,8 +- 1,8

      • mannen 45 +- 2,1

      • kan misleidend zijn bij diepe beet en egressie onderfront

    • Facial contour = sagittaal

      • faciale convexiteit hoek bedraagt 12° met SD van 4°

      • G-SN-Pg

      • weke delen pogonion moet reiken tot binnenrand driehoek

Simulatie behandeling

  • 2D

    • op cef beeld 'kaken gaan losmaken' en gaan verplaatsen

    • geen info over 3D

  • 3D

    • nu wordt het moeilijker en realistischer

    • stap 1: CBCT met condyli in CR en lippen in rust

    • stap 2: CBCT beeld gaan augmenteren met occlusie

      • intra-oral scan

      • scan gipsmodellen

      • scan afdruk

    • Stap 3/ CBCT gaan augmenteren met 3D foto

    • Stap 4: 3D cef

    • Stap 5: virtuele planning

    • stap 6: wafers maken

    • extra analysis

      • condyli

      • zenuw

      • neusseptum

Orthodontische voorbereiding

  • DOEL:

    • twee harmonische tandenbogen creëren die na verplaatsing goed articuleren

    • tanden moeten goed staan tov basis

  • proces

    • soms vroegere orthodontische behandeling teniet doen = decompensatie

    • prognathie onderkaak: onderfront terug in naar vestibulair laten kippen

    • retrognathie onderkaak: onderfront terug naar linguaal laten kippen

      • probleem: soms geen plaats! -> premolaarextracties onderkaak

    • tijdens of voor orthodontische decompensatie

      • wht 6m voor ingreep

      • sarpe

      • gingivectomie

Technieken

  • Bovenkaak

    • Le Fort

      • Inleiding

        • 1935: beschreven door Wasmund en sindsdien verbeterd

        • 1975: Bell: downward fracture -> behandeling longface

          • ook belangrijke revascularisatiestudies

        • Le Fort 1 osteotomie

          • juist boven sinus-neusbodem

          • nadien maxilla naar voor, boven en onder. Nooit naar achter.

        • belangrijkste correcties

          • maxilla naar voor bij hypoplasie maxilla

          • correctie long face syndroom (klasse 2,1)

            • downfracture en dan bot gaan wegnemen om te intruderen

        • pseudo-onderkaakprognathie door hypoplasie maxilla

          • door schisis, niet reduceerde fractuur

      • Le Fort 1

        • horizontale incisie vestibulaire omslagplooi van M1 tot M1

        • decollage tot op bot

        • horizontale zaagsnede boven apices

          • van fissura pterygomaxillaris tot apertura piriformis

        • nasale osteotomie

          • septum, vomer en neusbodem

        • pterygoid dysjuntie

        • laterale neuswand doornemen

        • downfracture

          • bijwerken bot

        • eventueel aanbrengen botenten

        • fixatie op butresses

      • Le Fort 2

        • indien neusbbasis, infraorbitale rand en jukbeenderen allen te veel naar dorsaal staan

        • Modificatie van Kuffner: neusbasis en infraorbtiale rand naar voor

        • ook nood tot extra-orale toegang

      • Le Fort 3

        • bij syndromen

        • door Tessier ontwikkeld

        • correctie hypertelorisme mogelijk

    • Segmentosteotomieën

      • Anterieur na wegname eerste premolaren om anterieur fragment omhoog en dorsaal te verplaatsen

        • Wunderer

          • verticale mucosaincisie vestibulairdorsaal van extractiewonde

          • beperkte decollage en tunnelcreatie tot apertura piriformis

          • twee parallelle botsecties lijnen te verwijderen botstuk af (breedte 1PM)

          • zaagsnede boven apices tot aperture piriformis

          • palataal incisie en langs hier palaltale bostnede

          • neusbodem en septum losmaken via kleine mediane incisie

          • mobilisatie maxillafragment

          • fixatie met orthodontische boog

        • Wassmund

          • verschilt van wunderer door weke delen incisie

          • wassmund werkte vestibulair en ondermijnde beperkt palataal

          • voordeel wunderer

            • incisie palataal

            • je kan fragment volledig kantelen -> nauwkeurigere beenwegname en onder rechtstreeks zicht

            • meer mobilisatie mogelijkheden

          • nadeel wunderer

            • minder goede vascularisatie

            • fragiel vesitbulair slijmvlies

      • lateraal: schuchardt

        • osteotomie van PM2 tot WHT

        • beenfragment omhoog brengen

        • soms PM 1 exctraheren

        • indicatie

          • open beet

          • transversale distractie bij schisis

    • individuele tandosteotomie

      • corticotomie voor rapid orthodontics

  • Onderkaak

    • subcondylaire osteotomie en condylectomie

      • condylus wegnemen -> onderkaak tot 1,5cm achteruit

      • Nadeel: ramus ascendens omhoog door tractie masseter

        • ° dysocclusie

        • ° open beet, zeker indien bilateraal

        • risico voor functie ATM

      • indicatie: condylaire hypertrofie

    • ramus osteotomie

      • historiek

        • Kostecka 1928: gigli zaag

        • Lindeman 1921: smalle zaag ipv draadzaag

        • -> nadelen -> proximaal segment naar mediaal en ventraal getrokken door tractie pterygoideus lateralis = ° pseudoarthrosis

        • oplossing: trapvormige osteotomie door Schuchardt (1954

        • uiteindelijk ipv horizontaal naar sagitaal volgens obwegerser (1955) en Dal Pont (1955)

      • SSRO volgens obwegeser-dal pont

        • verticale mucosaincisie plica buccopharyngea

        • decollage (nadruk op eindpees m. temporalis)

        • retractie tussen ramus en m. pterygoideus medialis

        • horizontale osteotomie net boven foramen mandibularis

        • tweede zaagsnede ventraal voorrand ramus

        • verbinden snedes

          • boor

          • dan met beitel in diepte

        • splijten

        • zenuw in mediale fragment

      • modificatie volgens hunsunck en epker

        • horizontale osteotomie niet over volledige breedte van ramus

        • stopt achter spix

        • zo neemt tanddragend deel geen spieraanhechting mee.

        • in het corpus wordt de verticale snede naar ventraal verplaatst -> miniplaatjes mogelijk

      • modificatie volgens Politis

        • mediane cortex boven foramen mandibula verwijderd samen met deel spongiosa zodat opening van canalis goed zichtbaar wordt

        • ingang aanhaken zodat hall boor nervus niet kan raken

        • onderrand ventraal

          • met ronde boor wegnemen tot spongiosa begint te bloeden

          • naar mesiaal leggen we een bevel aan

          • zo kan piezzo zaagsnede door de onderrand mooi parallel aangelegd worden om de split te faciliteren

          • zo minder zenuwscade

          • vroeger ging men met hall boor de volledige dikte van de onderrand doornemen om bad split te vermijden -> indien lage en buccale nervus -> groot risico op schade

      • aanhechting nervus

        • 35-40% van de gevallen zit hij buccal ipv linguaal

        • handmatige losmaken: freer (non surgical) en beitel of piezzo (surgical) => meer risico op zenuwschade (ischemie vasa nervorum)

        • risicofactoren

          • leeftijd

          • hoeveelheid advancement

          • nerve release buccal plate

          • techniek bij foramen mandibulae

          • techniek bij onderrand

          • ervaring chirurg

          • ligging nervus

          • genioplastiek

      • verticale ramus osteotomie

        • historiek

          • Robinson 1967 en Hinds 1957

          • zaagsnede via extra oraal -> nu ook langs intraoraal door betere technieken

        • voordeel

          • geen NSD mentalis

        • nadeel

          • uitwendige toegang

          • technisch moeilijk intra-oral

        • indicatie

          • rotaties zijn makkelijker te corrigeren dan met ssro

          • vb bij laterognathie en extreme vormen van prognathie (als je setback wilt doen)

        • als je ventraal wilt verplaatsen moet je iets anders gaan doen

          • boogvormig (schuchardt of Kole)

          • L (Pichler en trauner)

          • C (caldwell)

          • -> sliding osteotomies + botent

    • Corpus mandibulae

      • historiek

        • Blair in 1897 als eerste

        • Dingman vaak genoemd maar velen voor en na hem deden al hetzeldfe

      • we doen ostectomie

        • verwijderen van beenfragment

        • vrijdisseceren NAI

        • nis boren om NAI compressieloos in te plaatsen

      • indicatis

        • prognathie onderkaak met open beet

        • prognathie onderkaak waar premolaren of eerste molaar ontbreken -> boog sluiten

      • voordeel:

        • indicaties

        • weinig neiging tot recidief

      • nadeel:

        • NSD

        • klein risico op pseudoarthrose

    • segmentosteotomie

      • in frontstreek meestal

      • front + hoektanden naar voor brengen

      • historiek

        • Hofer die de allereerste osteotomie ooit (Hullihen 1849) herwerkte

        • Kole is er ook mee gekend

      • Techniek

        • extractie PM1

        • mucosaincisie vanuit extractiesite

        • in omslagplooi horizontaal omplooien naar mediaal

        • botsectie volgt zelfde patroon

          • 5mm onder de apices

          • botsegment de breedte van PM wordt verwijderd

          • bloedvoorziening ia linguale mucosa

          • achteruitgebracht en gefixeerd

          • orthodraad helpt ook

      • indicaties

        • malocclusie waarbij kinpositie ok is

        • distocclusie ondersnijtanden met uitgesproken labiomentale groeve

  • Kinstreek

    • inleiding

      • onderste kinfragment chirurgisch mobiliseren

      • zeer stabiel!

      • in combo met bovenstaande osteotomieën

    • indicaties

      • microgenie

      • progenie

      • laterodeviatie

    • techniek

      • indien wigexcisie bot -> terug aanhechten linguale spieren

      • je kan tot max 6-8mm naar voor gaan

      • indien meer nodig, best onderkaak naar voor brengen

      • fixatie met osteosynthese

      • alternatief: implantaat -> nadeel zijn complicaties

    • wing chin

      • extende genioplastie

      • zaagsnede onder foramen menale tot achterrand ramus

      • reëel risico NA -> surgical guides

      • extra goot boven surgical guid om zo sagittale osteotomie aan te leggen

      • als je dit naar voor brengt -> flaring kaakhoeken

        • dit is gunstig bij retrognate onderkaak

      • fixatie en botinterponaat osteotomiegap

  • Fixatie

    • Le Fort

      • 4 mini-osteosyntheseplaatjes met schroefjes van 5-7mm

      • op de butresses: zygomaticomaxillair en paranasaal

    • BSSO

      • 3 bicorticale schroeven

      • 3 lag screws

        • enkel schroefdraad linguaal

      • mini-osteosyntheseplaatjes

  • Distractieosteogenese

    • historiek

      • vindt oorsprong bij Lizarov

      • in het gelaat: Guerrero en McCarthy (1992)

    • techniek

      • zaagsnede door corticale botplaat met minimale perioststripping

      • spongiosa, bezenuwing, bloedvaten, apices tanden blijven intact

      • mobiliteit bevestigen

      • distractor fixeren

      • latentietijd van 3d bij kids en 7d bij volwassenen -> activatie

        • nodig voor osteoidvorming

      • dagelijks activeren van 0,5 tot 2mm per dag afh van leeftijd, locatie en pathologie

    • consollidatiefase van 3 maand

      • in BK nadien TPA

    • voordeel

      • grote bewegingen zonder nood tot botent

    • nadelen

      • risico op premature botvorming indien te traag

      • risico op pseudarthrose indien te snel

      • infectie

      • materiaalproblemen

      • vectorinstel problemen

      • bijkomende chirurgie voor verwijderen

      • therapietrouw

      • litteken bij externe

      • kostprijs

      • sensibiliteitstoornis

      • kaakgewrichtsklachten

    • Meest gebruikte techniek

      • SARPE

      • cfr; le fort 1 maar zonder downfracture + middlijn split die we hier wel doen

      • pterygoïdseparatie hoeft soms niet bij jongere patiënten

      • distractor

        • tandgesteund: hyrax

        • botgesteund: TPD

      • indicaties

        • transversale discrepantie maxilla >15j

        • recidief na ORPE

        • ruimte creëeren in de boog voor niet erupterende elementen of indien onvoldoende ruimte in het algemeen

      • nood tot verbreding

        • bekijken op modellen in de molaren strek

    • craniofaciale distracties

      • externe distractoren

      • uni-bi-multidirectioneel

      • REDdistractor = rigid external distractor -> frame op schedeldak

      • omvangrijke bewegingen die niet met klassieke osteotomiën kunnen bereikt worden

  • Tongreductie

    • gekende etiologie van onderkaaksprognathie

    • vroeger veel partiële glossectomies

    • heden ten dage opgevangen door

      • BK naar voor

      • OK beperkt naar achter

  • Botankers

    • OBA: orthodontische botankers

      • miniplaatje met staafje of bar en fixatie eenheid. De eenheid komt net in de vaste gingiva uit

        • holte voor boog

        • schroefslot om boot te fixeren

        • haakje voor elastiek

      • BK

        • fixeren met 3 5-7mm schroeven

        • crista infrazygomatica

      • OK

        • fixeren met 2 5-7mm schroeven

        • tussen hoektand en laterale

      • selfdrilling screws!! cave wisselgebit

      • onmiddelijk belasten

      • AB postop nodig

    • indicaties

      • klasse 2 correctie

      • distalisatie anterieure segment bij premolaar extracties

      • mesialisatie posterieure elementen

      • intrusie elementen

      • oprichten mesiaal geïnclineerde M2

    • voordeel

      • tractie op bot en niet dentitie!! -> unidirectionele krachten

      • extra-orale functionele apparatuur vervangen

      • visueel niet storend -> meer therapietrouw

    • nadeel

      • als één anker faalt -> hele behandeling faalt want symmetrie nodig

        • bij 50% van patiënten of 18% van geplaatste botankers

        • herplaatsen

      • oorzaken falen

        • infectie

        • pijn

        • onvoldoende integratie

        • loskomen na integratie

        • materiaal fractuur

    • nieuw

      • mentoplate

        • onderrand mandibula

        • geen faling

Perioperatieve zorg

  • onmiddelijk postop

    • vrijwaren luchtweg

    • controle eventuele nabloeding

  • verder

    • verminderen oedeem

    • pijnstilling

    • voeding

    • antibiotica

    • mondhygiëne

    • controle van occlusie

  • therapie

    • ijsapplicatie voor eerste 24h

    • CS beperken tot eerste 24H

    • neusdoorgankelijkheid bewaren

    • halfzittende houding

  • duur

    • dagklinisch tot 1 week

    • voedingsadvies

Postoperatieve follow-up

  • Eerste 6 weken iedere week

    • mondhygiëne (aanvullen met CHX spoeling)

    • occlusie check, eventueel bijcorrigeren met elastieken

    • malse en vloeibare voeding

  • 3M-6M-1j-2J

  • Rx

    • w1-w6-6m-1j-2j

  • herstart ortho

    • week 6 na verwijderen ingebonden waefer

  • logopedie start

    • na 3m

  • lymfedrainage bovenkaak mag na 1w

  • kiné

    • ter stimulatie mondopening na 2m

  • NSD

    • moet tijd hebben

    • tot 18m

  • last van osteosynthesemateriaal

    • indien last, na 6m verwijderen

  • orthodontische tractie eerste 6 maand

    • beoogd effect op tanden

    • niet beoogd effect op osteotomielijn -> recidief en neveneffecten

    • sagittaal recidief tot max 4mm is orthodontisch te compenseren

    • transversaal recidief is niet te corrigeren

    • te grote extrusie is niet te corrigeren

  • hele traject duurt 1,5-3j

Morbiditeit

  • inleiding

    • tijdelijk

      • pijn

      • zwelling

      • hematoom

      • beperkte MIID

      • infectie

      • nood tot transfusie

    • mogelijk blijvend

      • NSD

      • paranasale zwelling die persisteert

      • kaakgewrichtsklachten

      • recidief

  • Verwikkelingen

    • niet bereiken gewenste occlusie, faciale harmonie, luchtwegvolume

    • ontwikkelen recidief

    • voelbaar botdefect thv diastase

    • NSD

    • neuropathische pijn

    • chronische sinusistis

    • kaakgewrichtsproblemen

    • beperkte mondopening

    • bad split

    • pseudoaneurysma

    • septumdeviatie

    • ontevreden patiËnt

    • acute en chronische infecties

    • pseudarthrose

    • materiaalbreuk

    • tandwortelbeschadiging

  • Postoperatieve kaakgewrichtsklachten

    • epidemiologie over patiënten

      • TMD

        • 40% van patiënten UZ Leuven heeft dit

        • vermindert postop tot 7% die ondanks ingreep geen verbetering hadden

        • 3% ontwikkelde klachten

        • in toto 10% van orthognaten hebben postop TMD

      • behandeling?

        • conservatief!

        • reductie tot 2,5%

          • arthroscopie geeft bij deze groep gunstig effect indien voordien geen klachten

      • 0,5% kreeg condylaire resorptie

        • verticaal botverlies kan voor een therapeutich effect van overbelasting zorgen

      • open gewrichtschirurgie geeft geen beterschap

      • concomittante tmj chirurgie samen met orthognathische geeft geen goed effect

    • mechanismes die die TMD klachten kunnen veroorzaken

      • torsie met beitels -> oedeem

      • fixatieschroeven of platen die niet passief staand

      • ccw van onderkaak -> compressie onderkaak

      • manuele repositie condylus

      • stripping periost

      • postop elastieken

    • fysiologie

      • veel hypothesen over remodleing

      • invloed op lubrificatie van gewricht

        • zones van synovitis

        • arthroscopie kan hierop werken

      • lokale belasting discus perop -> Internal derangement

      • beschadiging fibrocartillago fossa en condylus

        • -> ° osteomalacie

        • krakabeen beschermt middels proteoglycanen subchondraal bot tegen mechanische schade

        • we zien vaak hemorraghische infiltratie bij arhtroscopie van gewrichtsoppervlakken = teken van onstekingsproces in bot

      • pathofysiologie (heel gedetaileerd in tekst, zal nooit zo gevraagd worden, anders gewoon frontiersartikel lezen)

        • mechanische belasting -> hypertrofie chondrocyt -> signaal naar subchondraal bot waar osteoclastogenese en angiogenese gestimuleerd worden.

          • minder productie glycosaminoglycanen -> dunner en minder veerkrachtig gewrichtskraakbeen

          • radiografisch nauwer worden gewrichtholte

          • osteoclasten breken subchondraal bot af

          • osteoblasten bouwen botbruggen van microspleten onderste kraakbeenlagen tot subchondraal bot = sclerose

          • VEGF belangrijke molecule alsook interleukines en MMP's

      • 3 uitkomsten

        • remodeling condyluys = normaal

        • DJD = osteoarthrosis

          • onregelmatige afbraak wint van opbouw

          • weke delen kaakgewricht doen mee

          • functioneel deficit

          • uinlat kan

          • verticaal hoogteverlies in eindstadium

        • CR

          • bilateraal

          • niet echt weke delen

          • verticaal verlies is prominent

          • genetische en hormonale factoren

        • pathways

          • mogelijks deels gelijk

      • andere factoren die meespelen

        • periost

        • tendomyogeen systeem

        • bezenuwing en neurogene inflammatie

      • belastende factoren tijdens helingsfase

        • vroeger trauma aan de condyli

        • interarcadische elastische tractie

        • bruxisme

        • klemmen

        • geslacht

        • pilgebruik

        • zwangerschap

        • genetische factoren

        • medicatie

        • roken

        • nutritie

        • fibromyalgie

        • psychiatrische vg

        • whiplash

    • aangrijpingspunten voor fysiologie

      • zenuwstelsel

        • analgetica voor acute postop pijn

        • antidepressiva

        • anticonvulsiva voor reductie hyperexcitabiliteit

        • spinale en centrale sensitisatie

        • cave

          • cortico's en nsaid remmen chondroïotinesulfaatproductie = glycosaminoglycanen in krakbeen

      • immunologie

        • monoclonale antistoffen

          • TNF alfa remmers kan theoretisch, niet goedgekeurd

          • IL17 remmers kan theoretisch, niet goedgekeurd

          • IL6 remmer zelfde

          • RANKL remmer = denosumab niet gekend voor DJD of CR

        • andere

          • hyaluronzuur en heparine IA injecteren kan ok zijn

          • rapamycine IA kan overwogen worden

      • hormonaal

        • bevorderen oestrogene invloeden = tegengaan progestagene botafbraak

          • geen pilgebruik

          • geen zwangerschap

      • bothomeostase

        • MMP inhibitor in lage dosis

        • geen goede studies

      • nutritie

        • D-glucosaminesulfaat is goed bestudeerd en heeft goede eigenschappen

        • basisstof voor gylosaminoglycanen

        • voorbeelden van gycosaminoglycamen

          • chondroïtinesulfaat

          • Hyaluronzuur

          • Heparine

Syndromen

  • afwijken van routineprocedures

  • individueel behandeltraject in multidisciplinair verband

Esthetiek

  • orthognathische heeft geen esthetisch doel, wel een esthetische weerslag

  • esthetische ingrepen kunnen wel synchroon of metachroon plaatsvinden

Feminisatie

  • bij transsexuelen

  • behandelingen

    • gezicht ovaler maken om minder mannelijk te lijken

    • jukbeenderne meer volume geven

    • frontal bossing wegwerken

    • positie en vorm wenkbrauwen aanpssen

    • kin puntiger, smaller en minder hoog maken

    • kaakhoeken verkleinen

    • maxilla meer prominent maken

    • hoek tussen neus en voorhoofd stomper maken

    • hoek tussen neus en bovenlip stomper maken

Succes en falen voor patiënt

  • verbetering van occlusie en kauwvermogen niet het belangrijkste bij adolescent

  • toename zelfbeeld en zelfvertrouwen wel!!

  • gevoelsstoornis beïnvloedt de tevredenheid niet als zelfbeeld goed is.

  • optreden van pijnklachten die blijven of functionele en esthetische verwikkelingen hebben wel een een negatieve impact

  • belang van goede informed consent

Mandible first

Indicaties voor mandible first:

  • (Posterieure) extrusie

  • Wanneer je wasbeet niet accuraat is of bij onzeker over juistheid beetregistratie

  • Wanneer je verwacht dat IMF in de interimpositie qua stabiliteit moeilijk zal zijn

  • Bij concomittante TMJ chirurgie

  • Routinematig??

When only one set of models is available, the steps include the following:\

  1. Facebow transfer to mount maxillary cast2. Interocclusal registration to mount mandibular cast3. Reposition mandibular cast into final position on articulator4. Fabricate interim splint between the repositioned mandibular cast and the unoperated maxillary cast5. Maxillary cast positioned into final occlusion with repositioned mandibular cast (after segmentation prn)6. Fabricate final splint, if needed, between the repositioned maxillary and mandibular casts in their final occlusal relationship

When 2 sets of articulated casts are available, the steps include the following:\

  1. Facebow transfer to mount maxillary cast2. Interocclusal registration to mount mandibular cast3. Reposition one maxillary cast into final position on articulator (after segmentation prn)4. Reposition one mandibular cast into occlusion with repositioned maxillary cast (the previous 2 steps can be reversed)5. Fabricate interim splint between the unoperated maxillary cast and the repositioned mandibular cast6. Fabricate final splint, if needed, between the repositioned maxillary and mandibular casts in their final occlusal relationship

Arnett-planning

Orientatie

Nooit volume-orientatie volgens orbital rims/nasal bone/wervelkolom. Wel op basis van maxilla!

  • Natural head position door patiënt in eigen ogen te laten kijken in een spiegel. Arnett plaatst 2 puntjes ter hoogte van temple op 2 cm van elkaar om daarmee zijn foto te kunnen ijken in de software.

  • Verticale midlijn doorheen philtrum en horizontale doorheen de pupillen

  • Canting van maxilla nakijken door latje ter hoogte van hoektandcuspiden en te vergelijken met een loodrechte op de verticale midlijn.

  • Yaw is erg moeilijk te beoordelen klinisch. We gaan er vanuit dat deze symmetrisch is. (Is echter vaak niet zo bij syndromale patiënten, na RPE/SARPE, hemimandibulaire elongatie/hyperplasie)

STCA (soft tissue cephalometric analysis)

  • Antero-posterior

  • Verticaal

  • Angles, planes, incisors

  • Face, airway, bite

Behandelplanning

Stap 1: Correct the inclination of the maxillary incisors

  • Maxillary incisors to maxillary occlusal plane (mesiobuccal cusp Mx7 to Mx1 tip) -- Dit is orthodontisch werk!

  • Normal range: 54°-61°, mean 57°

  • Crowding strategies

    • Stripping

    • Extractions

    • Corticotomy

  • Mx11 inclination on chin post surgery

    • Proclined: increases chin projection

    • Upright: decreases chin projection

Stap 2: Correct the inclination of the mandibular incisors

  • Mandibular incisors to mandibular occlusal plane (mesiobuccal cusp Md7 to Md1 tip) -- Dit is orthodontisch werk!

  • Normal range: 60-68°, mean 64°

  • Crowding strategies

    • Stripping

    • Extractions

    • Corticotomy

  • Md11 inclination effect on chin post surgery:

    • Proclined: decreases chin projection

    • Upright: increases chin projection

Stap 3: Move the mandible to Class I

  • Bilateral sagittal split osteotomy

    • Incisor overbite 3 mm

    • Incisor overjet 3 mm

    • Molar overbite 1.5 mm

  • Criteria for BSSO only

    • Normal (93-98°) maxillary occlusal plane

    • Maxillary midline on philtrum

    • No maxillary cant

    • No maxillary yaw

    • Maxillary and mandibular arch form/shapes match

    • No maxillary dualplane

    • Normal airway

Stap 4: Move the maxillary incisor to its aesthetic position

  • Move class I to produce the aesthetic position of the maxillary incisor tip

    • Maxillary incisor exposure: 3 mm

    • ULA to Sn: 4.5 mm

    • Upper lip angle: 12°

    • Upper lip thickness: 13 mm

  • Ignore nasal base during this step, focus on upper lip anterior position

  • Anteroposterior determinants (from most important to less important)

    • Upper lip projection (ULA-TVL)

    • Upper incisor projection (Mx1-TVL)

    • Upper lip thickness (UL1-ULA)

    • Upper lip angle (TVL-Sn-ULA)

    • Upper lip to nasal tip (ULA-NT)

  • Vertical determinants

    • Relaxed lip upper incisor exposure (ULB-Mx1 tip)

Stap 5: Correct the occlusal planes

  • Rotate up or down -- Mx11 tip is center of rotation

  • Occlusal plane controls the base of nose and chin projections

  • Determinants of the aesthetic occlusal plane

    • Mx OP (MxOP-TVL) -- mean: 95°

    • Md OP (MdOP-TVL) -- mean: 92°

    • Chin projection (Pog'-TVL) -- mean: 2.6 mm

    • Nasal base projection (NB'-TVL) -- mean: 9 mm

  • If necessary during this step, the entire class I complex can be moved slightly forward changing the aesthetic position of Mx11 tip established in the previous step.

  • Flatten OP: increases chin and decreases nasal projection

  • Steepen OP: decreases chin and increased nasal projection

Stap 6: Reposture soft tissue lips and chin

  • Upper lip

    • Thins slightly with advancements

    • Upper lip mirror test predicts thinning (een spiegeltje = 3 mm dik)

    • When a thin lip (ULI to ULA) exists, a VY may be necessary to increase upper lip thickness

  • Lower lip

    • Maintain lower lip thickness -- it does not thin

    • Reposture the lower lip up and in to contact with the upper incisor edge

  • The upper lip is normally anterior to the lower lip by 2-4 mm

  • The upper lip is normally thinner than the lower lip by 2-4 mm

  • Chin -- smooth contour

Stap 7: Chin osteotomy

  • Chin advancement or retraction for projection and/or shape

  • Chin lengthening or shortening for height balance.

  • When the lips are full, slightly larger chin protrusion balances.

  • When the occlusal plane is normalized chin augmentations greater than 4 mm are rare.

  • Anteroposterior chin position determinants:

    • Chin projection (Pog'-TVL) -- mean: 3.2 mm

    • Lower lip to chin (LLA-Pog')

  • Vertical chin position determinants:

    • Soft tissue chin height (LLT-Me') -- mean: 49 mm

    • Hard tissue chin height (Md11 tip-Me')

    • Lower lip to upper lip ratio (Sn-ULB/LLT-Me')

Stap 8: Final corrections

  • Controleer overjet-overbite

  • Correctie van nasal base (als deze bv te ver naar achter is verplaatst door uw bewegingen. Dit kan je doen door gans complex anteroposterieur te transleren of de occlusal planes samen steeper te maken.

Swennen-planning

Stappenplan 3D Virtual Treatment Planning

  1. Maxillary occlusal cant evaluation & correction (roll)

  2. Upper dental midline evaluation & correction

  3. Overall evaluation of facial asymmetry after virtual occlusal definition

  4. Evaluation & correction of flaring (yaw)

  5. Upper vertical incisal position evaluation & correction

  6. Upper sagittal incisal position evaluation & correction

  7. Profile evaluation & occlusal plane correction ("pitch")

  8. 3D chin position evaluation & correction (roll, yaw and pitch)

  9. Patient communication of the individualised 3D virtual treatment plan

  10. Final adjustments of the individualised 3D virtual treatment plan

Last updated